-
1 umwandeln
-
2 auflösen
auflösen♦voorbeelden:das Geschäft auflösen • de zaak opheffen, liquiderendas Parlament auflösen • het parlement ontbinden¶ in völlig aufgelöstem Zustand • geheel van streek, totaal ontredderdvor Hitze aufgelöst sein • van de warmte uitgeput zijn♦voorbeelden:1 der Verein hat sich aufgelöst • de vereniging is uiteengevallen, ontbondendie Hoffnung löst sich in Luft, Rauch auf • de hoop vervliegt in rook -
3 etwas grundlegend verändern
iets totaal, radicaal veranderenWörterbuch Deutsch-Niederländisch > etwas grundlegend verändern
-
4 grundlegend
grundlegend1 fundamenteel ⇒ wezenlijk, primordiaal♦voorbeelden:1 etwas grundlegend verändern • iets totaal, radicaal veranderen -
5 umkrempeln
umkrempeln
Перевод: с немецкого на нидерландский
с нидерландского на немецкий- С нидерландского на:
- Немецкий
- С немецкого на:
- Нидерландский